ENGLISH

 

DE allereerste voorganger van De Daily Dutchman was ook een weekblad, uitgegeven in Wisconsin. De Sheboygan Nieuwsbode was ééntalig, had een Zeeuwse uitgever, en verscheen voor het eerst 175 jaar geleden, in 1849.

Waarom alleen in het Nederlands? Twee redenen: één, veel van de lezers in de Midwest waren pas recent in Amerika gearriveerd en spraken thuis hoofdzakelijk de moedertaal, en niet Engels. En twee, uitgever Jaap Quintus uit Haamstede op Schouwen schreef het elke week klinkklaar op de voorpagina:

De taal, die zalige ouders spraken
Zal die een deugdzaam kind verzaken?
Neen, Broeders! Landgenoten! neen!
Reeds snoeren ons de hechtste banden,
Lees slechts de taal der Nederlanden,
En niets rukt ooit dien band van een!

Jaap was dichter, drukker, een halve jurist, onderwijzer, colporteur voor verzekeringspolissen en abonnementen op de Zierikzeesche Nieuwsbode, en eenmaal aangeland in Wisconsin zette hij al die kwaliteiten om in een alleszins redelijk bestaan. “Eenmaal aangeland,” dat gebeurde niet zonder slag of stoot, want zijn emigratieschip strandde voor de kust van Calais, en Jaap moest hemel en aarde bewegen om voor hem en zijn tachtig mede-emigranten een ander schip te charteren.

HET LUKTE, hij verbleef een tijdje in Buffalo, New York waar iemand een poging deed om een krant uit te geven, De Nederlander in Noord Amerika, maar dat was een zwendelaar. De man incasseerde wel abonnementsgeld, maar stopte na zes keer met de uitgave. Dat ging Jaap Quintus anders aanpakken. Hij vertrok naar het dorp Sheboygan, duizend kilometer verderop, want daar woonde Katrien uit Oostburg op wie hij verkikkerd was geraakt tijdens de overtocht naar Amerika. Hij trouwde, begon een handeltje in koffie en jenever. En hij startte er zijn Nieuwsbode.

Met veel nieuws uit Nederland, oud nieuws want kranten deden er ruim een maand over om Amerika te bereiken. Maar ook in toenemende mate met nieuws uit Amerika dat steeds meer in de ban raakte van wat uiteindelijk zou uitdraaien op de Burgeroorlog. En veel berichten over immigranten in allerhande staten en steden, vooral ook over wie er recent aan land was gekomen.

Hij was druk, en dat liet hij de lezers al dichtend ook weten:

De Redacteur zit neer,
met kranten overladen,
Bijna verdwaald in ’t nieuws
van alle nieuwsbladen.

MAAR JA, schreef hij eveneens elke week op de voorpagina, hij gaf immers uit het “Eenig orgaan der Nederlanders in Noord Amerika, aan het nieuws, den toestand en de belangen van het Oude en Nieuwe Vaderland gewijd.” Uitgever/hoofdredacteur Jaap Quintus kon ervan rondkomen, bijna tien jaar lang. Totdat hij er genoeg van kreeg. In Wisconsin ontbrak het aan opwinding, vond hij. Verderop in Michigan, en vooral in de stad Grand Rapids, ook stampvol Nederlandse immigranten, daar was het allemaal een stuk leuker en enerverender. De New Dutch Store in het centrum was daar een van de grootste warenhuizen, en dat sprak boekdelen, vond hij.

En dus verkocht Jaap zijn krant aan een Duitser, en korte tijd later viel het doek voor de Nieuwsbode. Maar evengoed: twaalf jaar werden honderden, en op den duur een paar duizend, geëmigreerde Nederlanders bijgepraat over wat er gaande was in hun oude en nieuwe wereld. En goed voorbeeld deed goed volgen: Amerika telde een tijdlang pakweg 50 Nederlandstalige kranten.