DE PRESIDENT was midden in z’n herverkiezingscampagne, deze week in 1936. Hij was dol op honkbal, kon de eerste bal gooien in elk groot stadion als ie dat wilde. Maar FDR koos een jongensclubje bij hem thuis in de buurt, de Hyde Park Robin Hoods. Hyde Park heette oorspronkelijk Stoutenburgh, genaamd naar de man die het stadje oprichtte. De Stoutenburgs waren uit Amersfoort naar Amerika gekomen.
Altijd een lach op zijn gezicht, hij was de president van iedereen, niet alleen maar van z’n eigen partij. Hij trok Amerika uit een depressie zonder anderen de schuld te geven.
Hij kon niet lopen en hij kon niet staan, maar daarover klaagde hij met geen woord. Hij klaagde überhaupt nergens over, haalde het niet in zijn hoofd om te zeggen dat hij zo onheus werd bekritiseerd. Franklin Roosevelt, nazaat van de Van Dijcks uit Utrecht, de familie van Noortstrant uit Friesland, Van Schaik uit Houten, Schuyler uit Amsterdam, Bogaert uit Leerdam, Roelofs en Olfertsen uit Heerenveen, Kunst uit Alkmaar, De Lannooij uit Leiden, en Claes van Rosenvelt uit Tholen, trok Amerika uit de Grote Depressie, en won daarna een wereldoorlog op twee fronten.
En dat deed hij allemaal vanuit een houten rolstoel. Of zonodig als duo-passagier.